Een man in goeden doen staat voor het raam van zijn riante villa en luistert onderwijl naar jaren ‘60 popmuziek. Toffe gozer!
Daar stopt een oude Volvo die vrijwel zeker valt in de categorie motorrijtuigenbelastingvrij. Een man met baard stapt uit, gevolgd door een vrouw, beide een jaar of 30.
De man achter het raam grijnst. Hij weet waarvoor het stel langskomt. “Kijk eens wie we daar hebben… taart, jaja…” en hij grijnst minzaam vanachter het glas.
Dan zit de familie aan de koffie met taart. Vader grijnst wederom. “Nou, begin eens over dat huis, joh,” zegt de voice-over.
De arme zoon struikelt over zijn woorden, neemt de onderdanigste houding aan die hij kan bedenken en vraagt of pa zo goedgunstig zou willen zijn hem geld te lenen voor een huis. Of woorden van gelijke strekking. Maar pa maakt zijn zin af en zegt pestend: “Nee”. Zoon krimpt en lacht beschaamd: “Oké…”
Dan vindt de teerhartige moeder het mooi geweest. “Neee, je vader en ik willen je een deel schènken.” Met de map met de papieren geeft ze de echtgenoot een speels tikje op de knie en overhandigt hem de ABN-Amro map. Schoondochter zit er schaapachtig bij.
De ABN-Amro heeft een nieuwe doelgroep ontdekt: de well-to-do-eikel met veel geld en weinig invoelingsvermogen die dankzij de crisis zijn kind nog neerbuigender kan behandelen dan hij anders al had gedaan. De jaren ’50 zijn terug! En dat ook nog eens uitgerekend voor de babyboomer…
Mag ik een alternatief einde van de commercial voorstellen?
De zoon zegt: “Lenen? Welnee… Schenken? Dat al helemaal niet. Wij komen met taart om te vertellen dat we gaan emigreren. Naar een land heeel ver weg. En daar gaan we onze eigen boontjes doppen, zonder jouw geld.”
Heerlijk.