Echtgenoot heeft een nieuw speledingetje gekocht, voor mij. In ieder geval, dat beweert hij en deze keer geloof ik hem op zijn blauwe ogen.
Er zijn in het verleden wel vaker dingetjes voor mij gekocht, van die hele handige. Al na enkele ogenblikken bleken die vooral handig voor de Echtgenoot zelf.
Niet dat ik van hem opzet verdenk, verre van dat! Hij schat mijn handigheid alleen vaak wat optimistisch in.
“Kijk, je moet hierop drukken, en dan verschijnt daar een blokje, zie je dat? Dat blokje moet je twee keer aanklikken en dan gaat dat lampje branden. Niet één keer, dan gaat-ie weer uit, twéé keer. Als het lampje brandt, kun je met deze afstandsbediening heel makkelijk dat ding daar aanzetten. Nee, niet die, je ziet toch wel dat er Samsung op de afstandsbediening staat? Hoe kun je daar ooit een Sony-apparaat mee aanzetten?”
Ja, weet ik veel! Bovendien ben ik bij het tweede lampje al lang de weg kwijt. Al lang. En ik weet dat ik nog niet op de helft van die zeer eenvoudige gebruiksaanwijzing ben. Ik schuif in dat stadium dan ook ongeduldig heen en weer en ga diep zuchten. Daar wordt Echtgenoot dan weer nerveus van.
Maar deze keer heeft hij de gebruiksaanwijzing (die uit slechts vijf stappen bestaat!) naar mij ge-appt. Iedere keer als ik het ding wil gebruiken, kijk ik weer even hoe het moet. En het lukt!
Dankzij het nieuwe ding kan ik op de tv en dus ook met goed geluid youtube-filmpjes afspelen. Ik heb naar het Miserere Mei van Gregorio Alegri geluisterd, naar de Stabat Mater Dolorosa van Pergolesi, en nu staat het mooiste orgelwerk aller tijden op: de koraalbewerking van Wie schön leuchtet der Morgenstern van Max Reger.
Wat is er heerlijker en meer bevorderlijk voor mijn zieleheil dan dat fantastische, meeslepende orgelspel dat mij tot in het diepst van mijn ziel beroert? Alleen een live-uitvoering in een kathedraal. Maar er moet iets te wensen overblijven.