Dierenleed


Het volk heeft zijn zin gekregen, de grote grazers van de Oostvaardersplassen worden bijgevoerd. Mission completed! Het was een voorspelbare afloop: we willen in dit land geen leed zien, niet van onszelf en niet van anderen. Zoals spreekster tijdens de demonstratie Belinda Meuldijk al zei: “De dieren lijden, maar wij ook want wij moeten het aanzien”.

Je kunt er natuurlijk over twisten of het überhaupt wel kan, natuur in Nederland. En of de grote grazers wel passen in de Oostvaardersplassen, want ze zijn daar natuurlijk ooit gewoon door een paar natuurbeheerders neergezet. Een ding staat vast: zonder predatoren gaat het niet goed. En als we dan geen wolven willen invoeren of bereid zijn te wachten tot ze de Oostvaardersplassen op eigen gelegenheid weten te vinden, dan moeten er jagers komen. Ik zie de protestmarsen al aan de horizon opdoemen.

Trouwens, ook de wolven zullen vast niet kunnen rekenen op de goedkeuring van het volk. Kijk maar eens wat voor bloederig tafereel het uiteenscheuren van een kalfje oplevert; één foto van zo’n slachtpartij volstaat. Nederlanders zijn dol op de natuur maar dan moet de natuur zich wel gedragen.

Gelukkig hoeven de protesteerders niet over na te denken over hoe het allemaal wèl moet. En ook niet of er zonder experimenten (dat zijn de Oostvaardersplassen nog steeds) ooit iets wordt bereikt dat op meer natuur lijkt dan schaapskuddes op de hei. Het blad Resource van de Universiteit van Wageningen probeerde de commotie te verklaren maar wordt overspoeld door kritiek: die arrogante wetenschappers begrijpen er helemaal niets van! Dat we eerst allemaal natuur wilden, is iedereen al weer vergeten. En anders willen we bij nader inzien toch liever een dierentuin.

Waar kennen we dit verhaal eigenlijk van? Van de Amsterdamse waterleidingduinen! Natuurlijk, er zijn grote verschillen tussen de Oostvaardersplassen en de Amsterdamse waterleidingduinen, maar overeenkomsten zijn er ook voldoende.

Ook hier ging het om grote aantallen dieren, om damherten die eerst braaf werden bijgevoederd door mensen die de hongerige damherten zo zielig vonden. En toen werden het er zo veel (mede door de afwezigheid van roofdieren) dat afschot de enige optie was die overbleef. Tot grote woede natuurlijk van mensen die dat wreed vonden. Jarenlang werd er geprocedeerd door het Waternet, eigenaar van de Duinen, en boze tegenstanders van afschot. Maar de rechter had het laatste woord: Waternet mocht gaan afschieten. En daarvan heeft de familie Evink nu al twee keer geprofiteerd middels een paar kilo overheerlijk damhertenvlees. Mij hoor je niet klagen.

Conclusie: we willen graag genieten van de natuur maar dan van eentje die geen nare plaatsjes oplevert. En dan blijft alleen de dierentuin nog over. En de kudde schapen op de hei.