Coronatijden

De hele dagen zit het corona-virus al in mijn hoofd. Misschien letterlijk want sinds vrijdag keelpijn, spierpijn en hoofdpijn, maar zeker figuurlijk.

Natuurlijk maak ik me zorgen over mensen die zwakke longen en een zwakke gezondheid hebben. We bellen, appen en mailen, want bezoeken kan natuurlijk niet. Maar ik ben behalve realist ook een optimist, dus ik zoek zoveel mogelijk lichtpuntjes. En die zijn er.

Zo zit ik op Twitter, en wat een zegen is dat medium. Natuurlijk dwalen er hele volksstammen rond, die hun fiolen van toorn uitgieten over de regering en een totale lock-down eisen, testen voor iedereen inclusief huisdieren, en tweeduizend toiletrollen per huishouden. Maar die zitten niet in mijn timeline.


Wel in mijn timeline zitten lieverds die als tegengif tegen een totale emotionele meltdown poezenspam spuien, en bemoedigende en al dan niet religieus getinte teksten rondstrooien. Mensen die aanbieden boodschappen te doen, op thuiszittende kinderen te passen.

En niet te vergeten de humor! Lachen is gezond en verhoogt de weerstand. ’t Is maar dat u het weet.

Ondertussen ben ik eindelijk aan dat vuistdikke boek begonnen dat al maanden geduldig op mij lag te wachten. Ik heb mijzelf eindelijk de tijd gegund mij in het ingewikkelde muziekspeelsysteem (het heeft een naam maar die ben ik weer vergeten) van de echtgenoot te verdiepen zodat ik nu via de boxen naar mijn lievelingsmuziek kan luisteren, in plaats van de YouTube-filmpjes via een koptelefoon.

En ik tel mijn zegeningen, want wat ben ik blij dat ik geen kinderen meer in huis heb! Onze vijf zonen waren in opgesloten toestand gevaarlijker geweest dan het virus.

Ja, dat was een grapje.