Hemel

Binnen twee weken stierven er twee dichters. Ik ben geen poëziekenner maar heb wel een voorkeur voor de gedichten van de laatst overledene, Rutger Kopland.

Er staat een prachtige necrologie van hem in de NRC. Vanaf de rechterpagina kijkt hij de lezer zachtmoedig aan, links staan drie van zijn gedichten. Zijn uitvaart zal niet op de televisie te zien zijn, zoals die van Gerrit Komrij. Afgelopen zaterdag zapte ik er langs en bleef hangen.

Het was een besloten bijeenkomst die op de tv werd uitgezonden. Beetje rare combinatie maar het zal wel praktisch zijn geweest in meerdere opzichten.

Allereerst weet je precies wie er komt en hoeveel stoelen er dus moeten staan, hoeveel spijs en drank er moet worden ingeslagen en hoe lang de condoleance gaat duren.

Ten tweede weten de gasten door de aanwezigheid van de camera dat tout poëzieminnend Nederland zal aanschouwen dat zij er bij waren en dus tot de intimi behoren.

Opnieuw viel mij op dat veel mensen tijdens een toespraak op een begrafenis de dode toespreken: “We zullen je nooit vergeten…” of zoiets. Merkwaardige gewoonte! De dode is weliswaar nog lijfelijk aanwezig maar meer ook niet. Je zou toch raar opkijken als opeens het deksel omhoog ging en hij commentaar gaf.

Bij Komrij’s uitvaartbijeenkomst heb ik het niet gehoord maar begrafenissen worden pas echt tenenkrommend als de hemel erbij wordt gehaald door mensen die niet in God geloven.

André Hazes bijvoorbeeld werd in een hemel gedacht die nog het meest leek op een Amsterdamse kroeg en ook voor anderen wordt de hemel vaak aangepast aan wat de overledene hier op aarde het liefste deed. Iedereen zijn eigen paradijsje. Ideaal!

God zelf vervult in zulke hemels hooguit een bijrol. Hij tapt het bier, geeft een kind een duwtje op de schommel en kijkt goedmoedig op iedereen neer. Onze Opa in de hemel.

Die fantasieën maken vaak een wat kinderlijke indruk. Alsof de aanwezigen er maar niet aan willen dat de overledene echt dood is. Hartstikke dood. Want als je niet in God gelooft, waar haal je dan zo snel een hemel vandaan?

Na drie toespraken, zowel tegen de overleden dichter als tegen de aanwezigen, ben ik maar verder gezapt. Ik behoor nu eenmaal niet tot de intimi.