Mijn oma gaf mij vroeger kinderkoffie in mijn eigen zachtblauw kopje. Veel melk en een klein scheutje koffie want oma was nog van de oude stempel: echte koffie is voor grote mensen. En dat gold voor meer dingen, voor advocaat, bijvoorbeeld. Maar ook die regel was te ontduiken.
Tijdens familiefeesten, en die kwamen nogal eens voor in de uitgebreide families van vaders- en moederszijde, schuimde ik altijd de tafels af op zoek naar tantes die een glaasje advocaat met slagroom voor zich hadden staan.
Het waren veelal gezette dames, met een rood aangelopen hoofd van de warmte en de alcohol, en best bereid hun nichtje een plezier te doen. Ik zat ruim in de tantes en heb dergelijke feestzalen dan ook meermalen in licht benevelde toestand verlaten.
Advocaat en koffie hoorden voor mij tot de geneugten van het volwassen leven. Nu ik eenmaal in die gelukzalige toestand ben beland, is eigenlijk alleen de koffie overgebleven. En hoe!
Cappuccino
Echtgenoot houdt niet van half werk en bereidt regelmatig een kop echte cappuccino voor mij: schuim van volle melk met 30 ml espresso. De regels voor het melkschuim en de espresso zijn zo streng en ingewikkeld dat ik ze hier niet kan weergeven zonder risico op fouten.
Maar het beste komt nog. Een van de Filipijnse schoondochters neemt civetkoffie voor ons mee.
Voor de liefhebber: de civetkat, een dier dat het midden houdt tussen een hond en een kat en in het wild voorkomt in Azië, is dol op koffiebonen. Hij eet ze, en poept ze heel weer uit.
In de tijd dat ze in zijn darmkanaal verblijven, gebeurt er natuurlijk wel een en ander met de smaak van de bonen. Ik zal verder niet in details treden, ook niet over de wijze waarop deze uitgepoepte bonen worden ‘geoogst’.
Maar het resultaat is zo onvoorstelbaar lekker, daarvoor zou je bijna, als het niet anders kan, een hele rij tantes smeken om een slokje.