Belangenstratego

Ooit was Nederland één land. De regering zat in Den Haag, en daarnaast waren er provincies en gemeentes, die ook nog wat te vertellen hadden. Heel kleine gemeentes, met elk een eigen burgemeester. Gezellige tijd was dat.

Tegenwoordig is Nederland een soort multiversum, een land dat bestaat uit groepen burgers met elk hun eigen uitgangspunten, belangen en visies. Nederland is niet meer geografisch ingedeeld, maar in belangengroeperingen. De coronapandemie heeft dat nog eens extra duidelijk gemaakt.

Er kan geen journaal, actualiteitenprogramma of talkshow voorbijgaan, of er komt iemand uit zijn eigen universum melden wat er verkeerd gaat en hoe dat dient te worden opgelost. Zo was vanmorgen horecaman Robèr Willemsen weer eens op tv. Willemsen eiste opening van de horeca vanaf volgende week woensdag. Het kabinet moest nu maar eens het juiste besluit nemen.

Het klonk alsof het kabinet achter een groot bedieningspaneel zit waar allemaal schuifjes en knoppen op zitten, en dat het kabinet nog niet het juiste knopje had ingedrukt, namelijk dat waarmee de horeca weer open mocht. Als ze dat nou even deden, dan konden de horecaondernemers weer verder met ondernemen. Eerlijk is eerlijk, die indruk wekt het kabinet ook. Regeren lijkt wel één grote belangenafweging.
De reden dat de ondernemers niet zelf alvast opengingen, was trouwens de aansprakelijkheidsverzekering, liet meneer Willemsen zich in een bijzin ontvallen. Dat weten we dan ook weer.

Vanavond mag er vast weer een andere belangengroep opdraven. Waarschijnlijk iemand uit de cultuursector want die is nog niet open, of iemand uit de theater of -evenementenwereld om dezelfde reden. Burgemeester-opperhoofd Hubert Bruls komt even niet op tv want er is muiterij gaande in zijn gelederen. De man van de retail is ook stil, want de winkels zijn weer open. De ziekenhuizen krijgen op dit moment geen aandacht want er is nu even niets spannends te melden, zelfs niet van de ic’s.

In hun wanhoop zijn de doelgroepen leentjebuur gaan spelen. Een aantal theaters in Nederland wordt woensdag omgebouwd tot kapsalon, massagestudio of beautysalon, en Yoeri Albrecht van De Balie wil een kerkgenootschap vormen ‘want kerken mogen wel openblijven’. Fijntjes werd hij erop gewezen dat de subsidie dan onmiddellijk zou stoppen en De Balie in de lucht gehouden zou moeten worden door goedwillende donateurs. En dat er van het geld dat binnenkomt een aanzienlijk deel doorstroomt naar mensen die het minder hebben dan hij.

Gelukkig hebben we altijd nog Groningen. Als er van het coronafront niets meer te melden is, mag Groningen weer een duit in het zakje doen. Juist Groningen heeft natuurlijk een machtsmiddel van jewelste: gas! Draai de kraan een paar dagen dicht (dat moet toch te regelen zijn?) en de rest van Nederland weet weer wat hun plaats is. Als er toch ergens belangen zijn geschaad, is het wel daar.

Maar om de een of andere reden lukt dat niet. Ligt dan aan gebrek aan goede woordvoerders, aan de enorme afstand tussen Den Haag en ‘de regio’, of komen de belangengroeperingen er onderling niet uit wie iets voor Groningen gaat eisen? Waarschijnlijk het laatste.

Coronatijden

De hele dagen zit het corona-virus al in mijn hoofd. Misschien letterlijk want sinds vrijdag keelpijn, spierpijn en hoofdpijn, maar zeker figuurlijk.

Natuurlijk maak ik me zorgen over mensen die zwakke longen en een zwakke gezondheid hebben. We bellen, appen en mailen, want bezoeken kan natuurlijk niet. Maar ik ben behalve realist ook een optimist, dus ik zoek zoveel mogelijk lichtpuntjes. En die zijn er.

Zo zit ik op Twitter, en wat een zegen is dat medium. Natuurlijk dwalen er hele volksstammen rond, die hun fiolen van toorn uitgieten over de regering en een totale lock-down eisen, testen voor iedereen inclusief huisdieren, en tweeduizend toiletrollen per huishouden. Maar die zitten niet in mijn timeline.


Wel in mijn timeline zitten lieverds die als tegengif tegen een totale emotionele meltdown poezenspam spuien, en bemoedigende en al dan niet religieus getinte teksten rondstrooien. Mensen die aanbieden boodschappen te doen, op thuiszittende kinderen te passen.

En niet te vergeten de humor! Lachen is gezond en verhoogt de weerstand. ’t Is maar dat u het weet.

Ondertussen ben ik eindelijk aan dat vuistdikke boek begonnen dat al maanden geduldig op mij lag te wachten. Ik heb mijzelf eindelijk de tijd gegund mij in het ingewikkelde muziekspeelsysteem (het heeft een naam maar die ben ik weer vergeten) van de echtgenoot te verdiepen zodat ik nu via de boxen naar mijn lievelingsmuziek kan luisteren, in plaats van de YouTube-filmpjes via een koptelefoon.

En ik tel mijn zegeningen, want wat ben ik blij dat ik geen kinderen meer in huis heb! Onze vijf zonen waren in opgesloten toestand gevaarlijker geweest dan het virus.

Ja, dat was een grapje.