Terugfietsend van werk naar huis, aanschouwde ik een tafereel dat oude gevoelens in mij wakker riep. Naast de Snekertrekvaart stonden een paar mensen met een spandoek waarop met veel moeite de volgende tekst te ontcijferen was: Occupy Leeuwarden Actie Doe mee! Fijn dat ze actie met een C hadden geschreven in plaats van met een ouderwetse K.
De mensen die erbij stonden, herinnerden me aan de lang vervlogen tijden dat ik in een opgelapte spijkerbroek, slobbertrui of opgepimpte oude-omajurk Groningen en Zuidhorn onveilig maakte. Of in ieder geval mijn uiterste best deed het daarop te laten lijken.
De wereld verbeteren, dat wilde ik! En als dat niet zou lukken, zou ik in plaats daarvan in een VW-busje de wereld rondtrekken om aldus het systeem waaraan ik mij niet wenste te conformeren, te ontvluchten.
Maar ook de wereld van de maatschappijhervormers bleek vervelende trekjes te hebben, die zelfs in hoge mate leken op die van de burgermaatschappij. Elkaar de maat nemen bijvoorbeeld, anderen de wet voorschrijven, drogredenen gebruiken om discussies te winnen en mensen buitensluiten. En niet te vergeten grenzeloze zelfvoldaanheid.
Ligt het daaraan dat ik er maar niet in slaag Occupy Nederland serieus te nemen?
Bekijk ik de beelden uit New York nog met compassie omdat daar mensen rondlopen die echt niets meer te verliezen hebben en bovendien de vinger op de zere plek leggen, in Nederland lijken het vooral de beroepsprotesteerders te zijn die de spandoeken en tentjes bemannen.
Na jaren van winterslaap zijn ze uit hun holen gekropen, de holle retoriek van weleer rolt weer over straat, alle ideeën worden uitgebreid besproken in de ijdele hoop dat veel praten veel democratie oplevert; ik heb zelfs alweer Love and Peace gesignaleerd!
Voorlopig heeft Occupy dus alleen maar schattigheidswaarde.