Het was te mooi om waar te zijn: ‘we staan aan de vooravond van een grote transitie naar een milieuvriendelijke en duurzame economie’, was een paar jaar het adagium. Maar dat was buiten de waard gerekend. Geen zonne- of windenergie maar schaliegas is het nieuwe antwoord op de slinkende olievoorraden.
Daar zijn we dan mooi klaar mee. Wie enkele jaren geleden de documentaire over schaliegas in de Verenigde Staten heeft gezien, zal de angst om het hart slaan. Wat een ellende, wat een vervuiling. Giftig drinkwater, vernietiging van bossen en meren op grote schaal.
Schaliegas zit in schalie, keiharde kleilagen die door middel van chemicaliën kapot worden gemaakt waarna het gas gewonnen wordt. Fracking heet dat en daar word je niet blij van. Er gebeurt dan namelijk het volgende:
Onder hoge druk worden grote hoeveelheden water, zand en chemicaliën ingespoten. Door de grote druk breekt het gesteente, de ontstane scheurtjes worden open gehouden door het ingespoten zand. Deze mix van water, chemicaliën wordt dan weer opgepompt. Dit zogenaamd produced water neemt zware metalen en van nature radioactieve elementen uit de ondergrond op. Dit moet als chemisch afval worden verwerkt. Een deel van de gebruikte chemicaliën en vloeistoffen blijft in het gesteente achter.
Tegelijkertijd is het niet verwonderlijk. Oliemaatschappijen halen liever iets zelf uit de grond dan dat zij zich overleveren aan zon en wind. Die heb je namelijk niet in de hand. Bovendien kun je met iets dat je zelf hebt geproduceerd veel meer geld verdienen. En de milieurekening gaat zoals gewoonlijk naar de kinderen.
Was het toeval dat juist nu de winning van schaliegas zo’n hoge vlucht neemt en het verzet daartegen in Europa nog steeds op veel steun kan rekenen, er opeens allemaal verhalen over in brand vliegende zonnepanelen de ronde doen? En dat zonnepanelen van slechte kwaliteit zouden zijn en bij lange na niet gaan opbrengen wat werd beloofd?
Misschien. Maar het komt wel goed uit. Oliemaatschappijen zien natuurlijk met lede ogen aan dat steeds meer mensen zelf hun energie opwekken, helemaal buiten hen om. Dat was nooit de bedoeling.
De verhalen over die zonnepanelen zijn dan ook schromelijk overdreven. De panelen ontploffen niet, er zitten stekkertjes van inferieure kwaliteit aan die simpel zijn te vervangen. Maar een beetje paniek is nooit weg in deze voor oliemaatschappijen onzekere tijden.