Blaas

Ik weet het: reclame is onzin, je moet het gewoon aan je voorbij laten gaan. Voor veel mensen is reclame achtergrondruis. Ik wilde wel dat dat voor mij ook gold.

Maar reclame is ook taal en taal is onweerstaanbaar. Ik kan niet naar muziek luisteren en de tekst negeren, en als ik de tekst niet versta, irriteert me dat een beetje.

Zo gaat het dus ook met reclame. Soms komt er een zinnetje voorbij dat blijft hangen. Dat is minder de bedoeling van reclamemakers dan je zou denken. Zij willen graag dat het ergens in je onderbewuste blijft hangen, niet dat je de tekst gaat napluizen.
trndblog_tenalady
Neem bijvoorbeeld de volgende reclame-uiting: ‘Ook met een gevoelige blaas kun je zijn wie je bent’.

Dit is strikt genomen een volstrekt onzinnige uitspraak. Als jij een gevoelige blaas hebt, den maakt dat gewoon onderdeel uit van wie je bent. Maar nee, je kunt met een gevoelige blaas pas weer zijn wie je bent als je een bepaald merk inlegkruisje gebruikt.

En wat is een gevoelige blaas eigenlijk? Dat je steeds naar de wc moet, dat je vaak blaasontsteking hebt? Of barst je blaas bij het minste of geringste in tranen uit? De reclamespot laat zich er niet over uit.

Die vraag is wel belangrijk, zeker omdat je in die reclame een jonge dame ziet figureren die bij lange na nog niet naar een noodmaatregel zou moeten grijpen als de inlegkruis voor bejaarden. In plaats daarvan wordt net gedaan alsof het de normaalste zaak van de wereld is en een van de taboes die geslecht moet worden.

Maar voor jonge vrouwen en ook voor de meeste oudere is fysiotherapie en desnoods een kleine chirurgische ingreep in 90% van de gevallen voldoende om van het hele probleem van incontinentie af te zijn. En dan heb ik het nog niet eens over de mogelijkheid het probleem voor te zijn door een simpele oefening.

Maar daar worden we waarschijnlijk toch wat te expliciet voor de tere zieltjes van de reclamemakers. Het probleem bij de naam noemen is teveel gevraagd. Dan liever een onzichtbaar inlegkruisje dat de symptomen bestrijdt: Ik ben een Tena-lady. Nou en? Hoezo, nou en?!

Ik zou toch liever mijzelf willen zijn zonder Tena. Wegwezen, Tena-lady!

Taalfouten

Het is voer voor psychologen maar er zijn taalliefhebbers die van taalfouten houden. Zij worden op hun wenken bediend. Behalve de gebruikelijke stijl- en spelfouten zijn er missers te kust en te keur. Neem bijvoorbeeld de spatiefouten.

Waarschijnlijk als gevolg van langdurig blootstaan aan de Engelse taal heeft het gebruik van overbodige spaties schrikbarende vormen aangenomen. Zo zag ik ooit een visboer die adverteerde met ‘Lekker bekken vier euro’. Brrrr.

Kom je opvallende voorbeelden tegen van overbodige spaties? Meld het bij www.spatiegebruik.nl waar hilarische voorbeelden van onjuist spatiegebruik worden gegeven, compleet met bijtend commentaar. Wees wel selectief want het is geen enkel probleem binnen een uur tientallen voorbeelden te verzamelen.

Het Engels heeft ons dan wel opgezadeld met al die spaties, maar die taal kent zijn eigen verschrikkingen.

Ik kwam vandaag een Engelse website tegen waar je overbodige aanhalingstekens (of quotationmarks) kunt melden. Ook hier is het commentaar van azijn. Wat te denken van een uithangbord met het opschrift “Probably” the best coffee in town? Probably duidt al op een zekere reserve ten aanzien van de kwaliteit van de koffie maar de aanhalingstekens doen het ergste vermoeden. Het zal wel slootwater zijn.

Zal het allemaal helpen tegen taalvervuiling? Welnee. Een prachtig voorbeeld van vergeefs verzet tegen veranderende taalregels leverde Nicolaas Beets die in zijn Camera Obscura schreef over een meisje dat ‘schalk’ omkeek. De zetter in de drukkerij maakte hier ‘schalks’ van. Dat was fout. In de drukproef veranderde Nicolaas het weer in ‘schalk’. Dit accepteerde de zetter niet, want hij en veel anderen vonden dat het meisje ‘schalks’ keek.

Nicolaas had helemaal gelijk. Het meisje keek schalk, niet schalks. Je kijkt ook vrolijk, en niet vrolijks. De grote schrijver had gelijk maar kreeg het niet. Schalks was fout maar ingeburgerd. En schalk werd fout.

Moraal van het verhaal: geniet van taalfouten! Straks zijn ze niet fout meer en moet je weer iets anders zoeken om je over op te winden.

Specifiek

Regelmatig duiken er woorden op die opeens door bijna iedereen op een nieuwe manier worden gebruikt. ‘Specifiek’ is er zo een.

“Ik bedoel specifiek die kleur,” hoor je iemand zeggen. Of: “Welke dingen bedoelt u specifiek?” Ze bedoelen natuurlijk ‘precies’ of ‘speciaal’. Maar specifiek zal wel net iets specifieker klinken.

Significant is ook zo’n woord. Ik herinner me nog waar het voor het eerst verkeerd werd gebruikt: in een reclamespotje. “Huppeldepup wast significant schoner,” zei een zelfverzekerde man tegen een onzekere huisvrouw. En toen was het geloofwaardig.

Het is een woord uit de wereld van de statistiek maar blijkbaar vond een reclameman op een goede dag dat het interessant en overtuigend genoeg klonk om gebruikt te worden voor het aanprijzen van een wasmiddel.

Specifiek en significant komen tegemoet aan de behoefte bijzondere woorden te gebruiken. Iedereen speelt immers de hoofdrol in zijn eigen talkshow. Vraag the man in the street wat hij vindt van willekeurig welk onderwerp en zodra er een camera in de buurt is, rolt er meteen een aantal volzinnen uit zijn mond. In ieder geval, dat is de bedoeling. Want meestal verslikt the man in the street zich in spreekwoorden en grammatica.

Een andere oorzaak van significant en specifiek is het gebruik van superlatieven. Gewoon leuk is niet leuk genoeg, het is superleuk. Ook vaak gehoord: uniek! Je bedoelt leuk en niet ‘enig in zijn soort’ maar je zegt uniek. En over een tijdje ben je misschien wel significant unieker dan hun.

Het kan best zijn dat dit over een jaar of tien Algemeen Beschaafd Nederlands is geworden. Je weet het niet. Taal is dynamisch, het kan altijd nog erger.