Denemarken

Denemarken blogDe Veluwe in het kwadraat aan zee, dat is Denemarken. Of liever: Jutland. Of nog liever: de omgeving van Hvide Sande, een vissersdorp dat tussen de zee en de Rinköbingfjord ligt. Een soort Deens Zoutkamp, compleet met vissersvloot, visafslag en terrasjes aan de haven.

We zijn net terug van een week Denemarken maar het had ook een maand mogen duren. Op het laatste moment boekten we een huisje, dat helaas aan een doorlopende weg bleek te liggen. Maar gelukkig lag het ook heel dicht bij het strand en viswater.

Het strand lag bezaaid met gladgepolijste stenen in allerlei kleuren, die jammer genoeg verbleken zodra ze opdrogen. En dus heb ik het halve strand in voorovergebogen houding afgelopen.

Wat het mooiste was aan Jutland is lastig te zeggen. Persoonlijk word ik altijd heel blij van graanvelden. En die waren er in overvloed: tarwe, gerst en zelfs enorme akkers met haver. Toen weer terug reden, was de oogst in volle gang.

Aan de kant van de weg stonden talloze stalletjes met nye Danske kartofler en aardbeien, frambozen en ander fruit en groente uit eigen Deense tuin. Nog niet eerder hebben we in een week zoveel frambozen gegeten.

Ook niet zoveel vis, trouwens. Niet dat Echtgenoot ze zelf ving, er heeft werkelijk niet een vis gebeten, maar gelukkig was daar de Hvide Sander visafslag die aan ons een uitstekende afnemer had. Dankzij de lange rijen van voornamelijk Duitse klanten had ik voldoende tijd uit te rekenen hoeveel euro ik eigenlijk ging betalen voor een in Deense kronen geprijsde pond kabeljauw.

Eigenlijk was dit dus een heel ouderwetse vakantie, met een uitstapje naar de oude Vikingstad Ribe met een mooie kerk, vakwerkhuisjes en een Vikingmuseum; met lekker naar mensen kijken vanaf een terrasje en constateren dat de meeste mensen er tijdens de vakantie qua kleding niet op vooruit gaan.

Met uitslapen en laat ontbijten; met merken dat de Tomtom zijn beperkingen heeft en een ouderwetse kaart dus onmisbaar is. En met de ontdekking van een vliegtuigmuseum in the middle of nowhere waar ik Echtgenoot kwijlend weer uit moest slepen.

Mede naar aanleiding van de vis bespraken Echtgenoot en ik uitgebreid de mogelijkheden van emigratie naar dit heerlijke land. Zoals we dat ook al deden in Noorwegen, Italië en China. Met opnieuw de conclusie dat het waarschijnlijk geen haalbare kaart is.

Den Bosch

Reizen hele volksstammen af naar warme oorden, Echtgenoot en ik blijven deze zomer in Nederland. Wij trotseren het KNMI en de buienradar tegelijk en waarachtig, dit eerste weekend vallen we met onze neus in de boter. Wat een prachtig weer! Dat wil zeggen, in Den Bosch was het prachtig weer.

We hebben onze natuurlijke neiging naar Maastricht te gaan namelijk weerstaan en werden daarvoor rijkelijk beloond. Wat is Den Bosch leuk!

Allereerst staat ook Den Bosch vol met oude scheefgezakte huizen en smalle straatjes met de leukste winkeltjes die niet bij een keten horen maar wel betaalbare spullen verkopen.

Bovendien staat daar de St. Jan, in zijn volle glorie hersteld. Op het dak staat een engel met mobiele telefoon die gelegenheid biedt hem voor slechts 80 cent per minuut te bellen. Je kunt natuurlijk ook gratis contact krijgen met de hemelse gewesten maar daar gaat het nu even niet om.

En dan de horeca, wat veel, en wat een verschillende zaken! Het gezelligst was toch wel ‘Het Vosken’ in de Verwerstraat, een echte ouderwetse bruine kroeg waar de sporen van eeuwen aan zijn af te lezen.

Heerlijke koffie schenken ze, sublieme cappuccino, een goed glas bier (volgens Echtgenoot) en een lekker glas wijn (volgens mij). Daarnaast vriendelijke bediening, live muziek (desgewenst door de eigenaren zelf), lekkere bitterballen en een terrasje voor als de zon schijnt.

Wat wil een mens nog meer? Twee dagen in de auto zitten bij 36 graden met kinderen die elkaar op de achterbank de hersens inslaan? Hopeloos vast komen te zitten op Zwarte Zaterdag of op het verkeerde moment ontdekken dat de caravan te zwaar beladen is? Nou dan…

Murder

De afgelopen drie vakantieweken bracht ik vrijwel elke dag met Echtgenoot door. Overdag op terrasjes cappuccino drinken en mensen observeren, je samen verbazen over het totaal gebrek aan opvoedkwaliteiten van sommige ouders en blij zijn dat je eigen kinderen al volwassen zijn.

’s Avonds de hele Zweedse detectiveserie Van Veeteren kijken en meegetrokken worden in de licht melancholieke sfeer van Scandinaviërs. De wonderen van Earth in 3D aanschouwen en tot lekker laat In therapie kijken.

We hebben zelfs heerlijk hersenloos naar antieke afleveringen van Murder, she wrote gekeken. Lekker weer even in de jaren ’90. Foute mannen met snor en Texaans accent en een joekel van een mobiele telefoon met antenne; vrouwen met kokerrokken en heel veel haar dat te veel tijd onder de droogkap heeft doorgebracht.
En een bekommerd kijkende Jessica Fletcher die natuurlijk al van mijlen ver voelde aankomen dat het schattige vrouwtje tegenover haar in feite een nietsontziende moordenares was.

Het is fijn af en toe naar Murder, she wrote te kijken. Allereerst omdat je weet dat je daarna gewoon weer in 2011 zit. De jaren ’90 zijn voorbij en dat is goed.
Ten tweede omdat je weet dat binnen een uur alles weer op zijn pootjes terecht komt. Toegegeven, er valt een dode of twee door gebruik van bijl, vuurwapen of slagersmes. Maar op de een of andere manier was moord in de jaren ‘90 nooit écht erg.

Dat kwam misschien wel omdat je de dode niet naderhand naakt en met opengesneden borstkas op een snijtafel zag liggen. Geen patholoog-anatoom die aan de toestand van de longen beoordeelde of het slachtoffer was verdronken of gestikt, of vaststelde dat hij al jaren een drankprobleem had. Het gebeurde natuurlijk wel maar buiten het zicht van de camera.

Moord wordt in Murder, she wrote bijna gezellig en dat gaat op den duur vervelen. Een paar dagen per jaar is mooi genoeg. Daarna wordt het weer lekker Engels of Zweeds. En 2011.